De afgelopen maand heb ik twee workshops geleid over de waarde van geo-informatie in projecten. Vanuit ons bedrijf hebben we daar een standaard aanpak en canvas voor bedacht. Deze aanpak hadden we in de voorbereiding van de workshop goed doorgesproken met de klant. Tenminste dat dachten we. Toen we een voorstelrondje deden en ook iedereen even de eigen verwachtingen toelichtte, bleek bij beide workshops dat iemand het niet met de opzet eens was. Dit werd in beide gevallen met veel overtuiging uitgesproken. Oftewel, de workshop moest anders.
De eerste keer dat het gebeurde, raakte ik helemaal van mijn à propos. Wat moest ik nu doen? Agenda aanpassen? Mijn reactie was om aan de deelnemers te vragen hoe ze het dan zouden willen? Foute vraag. Ze hadden ons immers gevraagd om de workshop te leiden?
Ik vertelde dat we rekening zouden houden met de bezwaren, maar wel het oorspronkelijke programma zouden volgen. Dit hebben we ook de tweede workshop gedaan. Ik zag nog niet echt vertrouwen op de gezichten, maar wel erkenning. We zijn volgens plan aan de slag gegaan en iedereen deed mee. Bij de evaluatie bevestigden alle deelnemers dat het nuttig was. Ook de mopperkonten van het begin.
Belangrijke lessen: erkenning geven aan alle meningen, vasthouden aan het oorspronkelijke plan en samen aan de slag levert altijd resultaat.
Workshop
Interactie
Deze week heb ik twee presentaties gegeven. In beide gevallen voor onbekend publiek, in beide gevallen sprak ik vroeg op de dag, in beide gevallen duurde de presentatie zo’n drie kwartier.
Toch was er een enorm verschil. In de ene sessie ben ik de hele tijd blijven zenden. In de andere heb ik halverwege aan de mensen gevraagd om op te staan en naar voren te komen. Ik heb PowerPoint uitgezet en heb mensen input gevraagd op geeltjes. Deze hebben we op een flipover geplakt en besproken. Je voelde de energie gaan stromen.
Zo anders dan bij de andere sessie. Daar had ik na het verhaal een ongewis gevoel. Hadden de mensen het wel leuk gevonden?
Vanaf nu ga ik alleen nog maar actieve werkvormen gebruiken als ik moet presenteren.
Misschien hebben de mensen van beide presentaties wel evenveel opgestoken, maar het enthousiasme was bij de tweede sessie zo veel groter. Bovendien kan ik de deelnemers nu behalve mijn eigen slides ook een weergave van hun eigen geeltjes teruggeven. Dit verhoogt vast de betrokkenheid en de impact.
Canvas
Waar denk je aan bij het horen van het woord canvas? Een schildersdoek? Een TV-zender? Gordijnstof? Allemaal goed.
Ik denk zelf sinds een tijdje aan Business Model Canvas. Een methodiek om op één vel papier een heel businessplan te schrijven. Lekker snel en overzichtelijk.
Er blijken nog meer van dat soort canvasmethodieken te zijn. Je hebt de Project Canvas, het Programma Canvas, het Canvas Omgevingsmanagement. En nu ook de Opgave In Kaart Canvas. Een zelfbedachte canvas om de informatiebehoefte van stakeholders bij maatschappelijke opgaven in beeld te brengen. Hè? Ja, de naam kan nog beter en de methodiek eigenlijk ook, maar het werkt wel. In twee uur tijd heb je voor een aanpak als de energietransitie een eerste inzicht in welke informatie betrokkenen op welk moment nodig hebben. Reuzehandig en goed voor de teamspirit. Dat laatste is misschien nog wel belangrijker dan inzicht in de informatiebehoefte. Een maatschappelijke opgave kan je namelijk alleen maar in nauwe samenwerking met anderen oppakken.
Bullshit bingo
We hadden een bijeenkomst met verschillende Geo-ICT bedrijven om te bespreken hoe onze producten de overheid zouden kunnen helpen bij hun uitdagingen. In twee rondes bespraken we in kleine groepjes de grote maatschappelijke opgaven en daarna onze oplossingen.
In beide rondes kwamen uit de groepjes dezelfde onderwerpen naar boven. Voor de opgaven klimaatverandering, vergrijzing, mobiliteit, gezondheid, participatie en een paar meer. Bij de oplossingen ging het over artificial intelligence, data analytics, big en open data.
Al snel viel de term bullshit bingo. Als die term gebruikt wordt, dan weet je dat de genoemde onderwerpen gehyped en overrated zijn. Je hoort een impliciet negatief waardeoordeel.
Ook over agile werken, lean startup en service design werd wat lacherig gedaan. Als grote fan van deze methoden, voelde ik me bijna aangevallen. Onnodig uiteraard. Deze methoden hebben al bij heel veel organisaties hun waarde bewezen.
Wat denk je trouwens dat de grootste bullshit bingo term van de middag was?
Jazeker, bullshit bingo.
Stickeren voor profielwerkstuk
Toen ik laatst in een vergadering voorstelde te gaan stickeren om alle individuele ideeën te verzamelen, werd dat met scepsis ontvangen. Stickeren was zo ouderwets, dat deden we niet meer.
Nu lees ik inderdaad op Wikipedia dat de Post-its al in de jaren ’60 van de vorige eeuw zijn uitgevonden (per toeval eigenlijk, niets Lean Startup) en dat ze in de jaren ’80 een hit werden. Maar Post-its zijn nog steeds een veel gebruikt hulpmiddel bij workshops, project startups en het agile werken. Wel is het zo dat de digitale Post-it steeds meer zijn intrede doet.
Afgelopen weekend heb ik de kracht van stickeren weer eens ervaren in huiselijke kring. Mijn dochter zat helemaal vast bij het kiezen van een onderwerp voor haar profielwerkstuk wat ze in de laatste klas van de Havo moet maken. Ze had allerlei onderwerpen in haar hoofd, maar wat was nu echt interessant en leuk? Waar wilde ze straks al die tijd in steken? En wat was een onderwerp waarbij ze iets zou kunnen bestuderen (theorie), maar ook iets maken (praktijk)?
Stickeren bood uitkomst.
Samen hebben we in tien minuten alle onderwerpen die leuk zouden kunnen zijn op Post-it’s geschreven. Vervolgens hebben we op het raam een schaal gemaakt van Min naar Plus, van minder leuk naar heel leuk. En toen zijn we gaan stickeren. Steeds stelde ik haar weer de vraag: vind je dit ene onderwerp leuker dan het andere? Er werden heel wat stickers geschoven en uiteindelijk bleven er twee hoofdonderwerpen over aan de Plus-kant waar ze geen keus tussen kon maken: mode en dans. Twee clusters van stickers met allerlei deelvragen over deze onderwerpen. Om tussen mode en dans een keus te maken, hebben we weer een schaal gemaakt van Min naar Plus, maar nu voor de combinatie Theorie-Praktijk. Voor zowel dans als mode had ze een theoretisch gedeelte (voor dans de betekenis van inheemse dansen en voor mode het productieproces van modestoffen) en een praktisch gedeelte (voor dans een choreografie maken en voor mode een kledinglijn maken). Uiteindelijk waren de meeste ‘mode’-stickers aan de Plus-kant geplakt en werd mode het onderwerp. Om precies te zijn: wat is de geschiedenis van Vlisco, hoe is het productie- en verkoopproces binnen dit bedrijf en is het mogelijk om met de Vlisco-stoffen kleding voor jongeren te ontwerpen?
Geeltjestornado voor prioriteren user stories
Gisteren een workshop georganiseerd met als doel de wensen en eisen van een informatieproduct te definiëren. Een informatieproduct is een app met specifieke functionaliteit en data die antwoord geeft op een specifieke vraag van een persona. Het ging hier om een informatieproduct dat zou kunnen helpen bij de locatiekeuze van een bedrijf.
We begonnen met de presentatie van de persona: de eigenaar van het bedrijf. In een rollenspel leerden we de persona beter kennen. Vervolgens gingen we in kleine groepjes user stories schrijven op geeltjes. De groepjes rouleerden steeds en kregen daarmee alle geeltjes onder ogen. Deze ‘geeltjestornado’ zorgde er voor dat de user stories door iedereen werden gelezen, verbeterd, aangevuld en geprioriteerd. De laatste stap was samen de beste user stories selecteren. Hierna kon iedereen aangeven wat zijn of haar bijdrage aan de realisatie van het bijbehorende informatieproduct zou kunnen zijn. De komende weken gaan we aan de slag om het informatieproduct te maken.
Dharma keys
Samen creatieve producten ontwikkelen, dat is wat ik leuk vind. In de meeste gevallen bedoel ik daarmee samen producten bedenken of samen een creatief proces doormaken.
Als het gaat om de dharma keys betekent het letterlijk samen een product maken. Samen met mijn kinderen tekenen, zagen, schuren en verven. Een prima kerstvakantieactiviteit.
Het woord dharma ken ik uit de Bhagavad Gītā, het belangrijke verhaal uit het Hindoeïsme met daarin de dialoog tussen Krishna en Arjuna. Het verhaal gaat over de zoektocht van Ajuna naar wat hem werkelijk te doen staat in het leven, ondanks alle obstakels en onmogelijke keuzes die hij moet maken. Dit is dharma, het vinden en vervullen van je levensopdracht. Het proces van zelfrealisatie.
Stephen Cope heeft hier een mooi boek over geschreven: Authentiek leven. Hierin worden vier stappen beschreven om je dharma te vinden. Dit boek heeft me geïnspireerd om de dharma keys te ontwerpen. Dharma keys zijn houten hangers die je helpen herinneren je werkelijke dharma te vinden en te leven.
Ze hebben allemaal een eigen ontwerp. Echt leuk om samen met de kinderen te maken. Hele leuke kerstcadeautjes.
Interesse in een dharma key? Neem contact op.
De ochtendroutine voor een lekker leven
Een bewuste routine
Iedereen begint de ochtend wel met bepaalde routines en gewoonten: het nemen van een warme douche, het drinken van een kop koffie of het geven van een kus aan je geliefde.
Sommige routines doen we heel bewust, andere op de automatische piloot. Sommige routines hebben een heilzame werking, andere zorgen voor een ochtendhumeur, spanning of zijn ronduit ongezond. Hoeveel mensen pakken niet zodra ze wakker zijn hun smartphone om hun laatste berichten te checken? Of starten de dag met de piekergedachten waarmee ze de avond er voor zijn gaan slapen? Of steken meteen een sigaret op?
De afgelopen twintig jaar heb ik ervaren dat het hebben van aantal gezonde ochtendroutines een belangrijke invloed heeft op hoe ik me overdag voel. Ze hebben mij een fitter, blijer en bewuster mens gemaakt. Op basis van tips en oefeningen uit allerlei cursussen en boeken heb ik het zogenaamde Tsi Ochtendritueel samengesteld. Een ochtendritueel met drie stappen die ik iedere ochtend probeer te doen. De stappen zijn: activatie, meditatie en creatie.
De ochtend begint met de activatie, een serie fysieke oefeningen, waarmee ik mijn lichaam in beweging zet en echt wakker en fit word. Aansluitend brengt een korte meditatie mijn geest tot rust en zorgt voor ontspanning. Met creatie zet ik mijn handen aan het werk in de morning pages om de woorden te schrijven die op dit moment opkomen.
Tsi
Ik noem mijn ochtendroutine Tsi, de eindklank van de drie activiteiten. Woorden met “tsie” staan voor actie. Een toepasselijke betekenis, het Tsi Ochtendritueel is immers een actieve bezigheid met een prachtig resultaat! Het woord Tsi heeft daarnaast een nauwe relatie met het woord Chi of Qi, een fundamenteel concept uit de Chinese cultuur. Chi staat voor adem, levenskracht of spirituele energie. Ook dit past helemaal bij mijn Tsi Ochtendritueel.
Het Tsi Ochtendritueel kost dagelijks zo’n 30 minuten. Best een lange tijd voor een normale ochtend. Het vereist discipline en volharding om het elke dag te doen. Maar de beloning is groot. Als je het Tsi Ochtendritueel geconcentreerd en bewust uitvoert, is het een fijne bezigheid. Al de eerste dagen merk je dat je meer energie hebt. Doe je het ritueel voor een langere tijd, dan voel je je steeds bewuster, gezonder en gelukkiger. Een aanrader.
De geschiedenis van mijn ochtendritueel
Ik weet nog goed dat ik voor het eerst in aanraking kwam met een ochtendritueel. Het was tijdens een managementtraining. Vier dagen lang in een saai hotel praten over organisatieverandering en het motiveren van mensen. Interessant, maar doodvermoeiend. Op de derde dag deed de docent iets ongewoons. Het energieniveau van de groep was tot het nulpunt gedaald. We leerden weliswaar hoe we onze medewerkers konden motiveren, maar de motivatie voor de training was praktisch weg. Hoog tijd om in te grijpen. Alle stoelen gingen aan de kant en we moesten een plekje zoeken waar we vrij konden bewegen. We leerden De Vijf Tibetanen. Vijf oefeningen die monniken in de Himalaya elke ochtend na het opstaan eenentwintig keer doen om vitaal te blijven. Het verhaal gaat dat de monniken hierdoor ouder dan 100 jaar kunnen worden. De hilariteit in onze trainingsgroep was groot. Daar lagen we op de grond te puffen in onze nette kleren. Maar het effect was geweldig. Vrolijk hebben we de rest van de managementtraining afgemaakt. Ik was zo blij met de vijf oefeningen, dat ik ze na de training elke ochtend ben blijven doen. In de loop van de jaren kwamen er de nodige oefeningen bij, maar de Tibetanen zijn nog steeds een belangrijk onderdeel van het Tsi Ochtendritueel.
Een tijd lang bestond mijn ochtendritueel alleen uit De Vijf Tibetanen. Maar dit bleek niet genoeg. Fysieke oefeningen maakten mij weliswaar fitter, maar ik had vaak last van ongewenste spanning. Mijn grootste probleem was dat mijn hoofd nooit eens stopte met werken en denken. ’s Ochtends startte mijn hoofd vaak met de gedachten waarmee ik de avond daarvoor was gaan slapen. Het was tijd om iets aan mijn ochtendritueel toe te voegen: meditatie. In verschillende cursussen en workshops leerde ik dat meditatie een oefening is in gewaarzijn en concentratie: je gedachten bewust volgen of ze heel gericht focussen op één onderwerp. Ik koos er voor om dagelijks minimaal tien minuten lang geconcentreerd in en uit te ademen. Behalve dat dit rust en ruimte gaf in mijn hoofd, maakte ik in mijn meditaties kennis met nieuwe werelden. Mijn binnenwereld, maar ook andere werelden met wonderlijke avonturen en boodschappen. Inzicht en inspiratie waren het gevolg.
Het ochtendritueel kreeg nog meer vorm toen ik startte met het morgenschrift. Na de dagelijkse activatie en meditatie zette ik mijzelf aan tafel om in maximaal tien minuten alles op te schrijven wat er in mijn hoofd opkwam, de creatie. Gebeurtenissen, gedachten, rare ingevingen, het maakte niet uit. Ik had gelezen dat een morgenschrift de creativiteit van mensen tot bloei laat komen. Het zou me niets verbazen als dit klopt. Bewijzen kan ik het niet, maar het lijkt er op dat ik mij creatiever voel.
Ik voel me zeker fitter door deze ochtendroutine en kan het iedereen aanraden.
Heb je ook zin in Tsi en heb je nog vragen over de specifieke invulling? Stuur me een berichtje.